In de kijker – Stillevens van vrouwen door de Portugese Maria Judite de Carvalho

Links: omslagillustratie van de tentoonstellingcatalogus: 'Paula Rego: Jane Eyre' bij Marlborough Fine Art

Zowel in haar debuutverhaal ‘Zoveel mensen, Mariana’ als in haar latere novelle Lege kasten zit alles waarvoor de Portugese schilder-schrijfster Maria Judite de Carvalho (1921-1998) geroemd wordt. De achtergrond van haar werk is het repressieve regime dat Portugal in zijn greep had en dat de dominante rol van mannen in stand hield. In die context voert ze ingetogen, door tegenslagen geplaagde vrouwenlevens op, waarin er weliswaar tot het laatst een vuur blijft smeulen. Hierdoor gaat er van haar hoofdrolspeelsters een omfloerste gloed uit, die aan je blijft kleven.

Valse schatten in lege kasten

Maria Judite de Carvalho schreef Lege kasten in 1966. Eerder dit jaar kwam de Nederlandse vertaling uit. De novelle gaat over Dora, een teruggetrokken weduwe. Aan het eind van het feest voor haar dochters zeventiende verjaardag staat haar leven onverwacht op zijn kop. De stokebrand is haar schoonmoeder. Door haar haar welgemikte staaltje van kwaadaardige waarheidsliefde zakt de grond onder Dora’s voeten weg. In één klap blijkt namelijk dat ze sinds de dood van haar echtgenoot, inmiddels tien jaar geleden, in een leugen geleefd heeft. Vandaar het aan Paul Éluard ontleende motto: ‘Ik bewaarde valse schatten in lege kasten’.

Ana, de rijke schoonmoeder uit Lege kasten, is het gewoon om de lakens uit te delen en gehoorzaamd te worden. Misprijzend had ze dan ook haar bloedeigen zoon, Duarte Rosário, een studie werktuigbouwkunde zien afbreken. En dit, omdat die richting niet echt zijn roeping was. Liever werd hij pennenlikker bij een zeephandel, een carrièremove ver beneden zijn moeders waardigheid. Ana liep trouwens evenmin hoog op met Dora, zijn echtgenote. Van meet af aan was het haar duidelijk dat die er niet de vrouw naar was om alsnog iets van Duarte te maken.

Zelf was Duarte Rosário er overigens niet op uit om zich op te werken ten koste van een ander of van zichzelf. Liever leidde hij een bescheiden en integer bestaan met de eventuele geldzorgen van dien, dan dat hij zich verloor in ellebogengevechten van snoevers op weg naar de top.

Kloosterzuster in burger

Wanneer Duarte sterft, blijft Dora berooid achter met hun zevenjarige dochter Lisa. Ze probeert de praatjes over haar zelfgezochte armoedzaaiersbestaan te negeren. In plaats van iets te ondernemen wentelt ze zich een tijdlang vasthoudend in haar trouw aan wijlen haar man: een goede, zuivere man, onkwetsbaar voor de slechtheid en de hebzucht om hem heen.

Die houding brengt uiteraard geen brood op de plank. Op zekere dag trekt ze dan toch haar stoute schoenen aan, om zich te gaan voorstellen aan de eigenaar van een antiekwinkeltje. Die zoekt een geschikte persoon – ‘al was het een vrouw’ – om zijn zaak open te houden. Ze kan er meteen aan de slag. Ondanks die nieuwe wind die door haar dagen waait, blijft ze zich onverminderd in haar vormeloze, rouwzwarte nonnenkleren hullen.

Haar weinig ophefmakende leven komt op de zeventiende verjaardag van haar dochter op losse schroeven te staan door toedoen van haar schoonmoeder. Van de weeromstuit begint Dora een flirt en slaat zo eenieder die haar kent met verstomming. De man in kwestie, een poenig heerschap, is van het soort dat graag pocht met zijn welstand. In zijn geval gaat het om een huis in Sintra, vanwaar je een prachtig uitzicht hebt op de bergen rondom. Een lang leven is de flirt evenwel niet beschoren. De gevolgen zijn niettemin verstrekkend.

Herontdekte parels

Maria Judite de Carvalho (Lissabon, 1921-1998) groeide op onder de dictatuur van Salazar. Na haar studies Engels en Duits trouwde ze met schrijver-journalist Urbano Tavares Rodrigues. Hij was in de jaren 50, 60 en 70 een van de beroemdste intellectuelen in Portugal en een fervent verdediger van de democratie. Hij werd dan ook door het regime geviseerd – pas in 1974 kwam er met de Anjerrevolutie een einde aan de dictatuur.

Na hun huwelijk in 1949 leefden ze enkele jaren in ballingschap in Frankrijk, eerst in Montpellier, later in Parijs. Zij werkte als redacteur voor verschillende kranten en tijdschriften en debuteerde in 1959 als schrijfster met het verhaal ‘Zoveel mensen, Mariana’. Ze werd meteen opgemerkt en overtuigde een ruime schare lezers. Na haar dood raakte ze in de vergetelheid. Mede door Margaret Jull Costa’s Engelse vertaling van ‘Tanta gente, Mariana’ werd ze recent ook buiten Portugal herontdekt. Net als in Lege kasten roept ze in haar debuutverhaal een ingetogen, door tegenslagen geplaagd vrouwenleven op, waarin er niettemin tot het laatst een vuur blijft smeulen.

Doodsvonnis

In ‘Zoveel mensen, Mariana’ krijgt Mariana Toledo te horen dat ze hooguit nog vier maanden te leven heeft. Ze heeft niemand met wie ze dit verdict kan delen. Grote plannen maakt ze niet. Er valt niets af te vinken, ze wil vooral sterven in haar eigen bed. Voor het zover is, trekken er episodes uit haar leven voorbij. Tussen de regels insinueert ze meermaals dat ze eigenlijk nauwelijks van een leven durft te spreken. Het is vooral een reeks pogingen geweest om te ontsnappen aan het uitzichtloze van het bestaan.

‘Soms liep ik door een brede straat, de stoep voor me vrij, en plotseling, onverwacht, versperde een muur mijn weg. Het was te laat om uit te wijken en dus moest ik een manier vinden om daar weg te komen, of anders aan de versperring toegeven en blijven waar ik was. Ik was niet degene die de muur bouwde, noch degene die de tijd deed versnellen. Het was er allemaal, klaar voor mijn komst, wachtend op mij.’

Wat ze ook ondernam, het stortte in als een kaartenhuis. Haar huwelijk met António liep op de klippen, omdat hij viel voor een ander. Na hun breuk werd hun zoontje ook nog eens dood geboren. Uitgerekend in die moeilijke periode koos een vriend, die haar steun en toeverlaat was, voor het priesterschap en verliet Portugal. Als au pair zou ze nadien met een Engels koppel en hun twee zoontjes meereizen naar Londen en Parijs, om na die omzwervingen uiteindelijk in Porto neer te strijken. Maar ook van dat alles kwam er niets in huis.

Zesendertig is Mariana, wanneer ze haar doodsvonnis krijgt. Uiteindelijk zal het haar zelfs niet gegund zijn om te sterven tussen de haar vertrouwde muren. Ze verzwakt zo erg dat haar huisbazin noodgedwongen een ziekenhuisopname regelt. Het slotbeeld van het verhaal: ze rijden samen met een taxi naar het hospitaal, maar voor Mariana lijkt het alsof ze met hun tweeën onderweg zijn naar haar eigen begrafenis.

Zolang de hoop het laatst gaat

Dat het niet allemaal als kommer en kwel leest, komt doordat de hoop pas het laatst gaat. Dat is behoorlijk sterk in de gegeven omstandigheden en des te opvallender, als je weet dat Mariana als vijftienjarige door haar vader een allesbehalve hoopvol plaatje voorgespiegeld kreeg.

Dit gebeurde toen ze ’s nachts een keer huilend wakker werd. Hij kwam naar haar kamer en ging op de rand van haar bed zitten. Wat er scheelde? Ze voelde zich moederziel alleen, biechtte ze op. En vervolgens probeerde ze haar eenzaamheid meteen weg te lachen. Maar haar vader zag er niet alleen de ernst van in, hij deed er nog een schepje bovenop:

‘We zijn allemaal alleen, Mariana. Alleen, maar met overal mensen om ons heen. Zoveel mensen, Mariana! En niet een die ons kan helpen. Ze kunnen het niet, en konden ze het, dan deden ze het niet. Er is geen greintje hoop.’

Feministische klassiekers?

Op de achterflap van Lege kasten heet het dat de novelle een ‘kraakheldere en genadeloze aanklacht is tegen een door mannen gedomineerde wereld’. Het klopt dat de hoofdrolspeelsters in het romanheden, het conservatieve, katholieke en dictatoriale Portugal van de jaren 50 en 60, geen rol van betekenis spelen. Het is een samenleving waarin mannen de plak zwaaien. De verantwoordelijkheden die daarmee gepaard gaan, ontlopen ze evenwel in Maria Judite de Carvalho’s werk. Daardoor zijn de (vaak ouder wordende) vrouwen tweemaal slachtoffer, want noch tegen de maatschappelijke context, noch tegen hun tekortschietende echtgenoten kunnen ze veel inbrengen.

Feministisch heeft algauw de bijklank van mannen en vrouwen die in een rol geduwd worden. Zeer zeker waren er echter ook mannen die zich door het autoritaire regime in Portugal klem gezet voelden. Maria Judite de Carvalho was er met zo een getrouwd. Hij ging in ballingschap en zij ging met hem mee. De mannen in haar proza hebben echter een minder sterke ruggengraat. Ze lijken niet opgewassen tegen wat er van hen verwacht wordt en laten zelfs de schijn van een deugdzaam leven varen.

De vrouwen daarentegen zijn niet zomaar klein te krijgen. Dit maakt dat hun weinig benijdenswaardige realiteit niet al te zwaar op de hand wordt. Al is dit ook te danken aan Maria Judite de Carvalho’s ironische ondertoon en haar scherpte, die doel treft, maar toch iets omfloerst heeft.

Meer lezen?

  • Maria Judite de Carvalho: Lege kasten. Vertaald door Kitty Pouwels. De Bezige Bij, Amsterdam, 2023, 141 pagina’s. ISBN:978 94 031 8131 8
  • ‘So Many People, Mariana’ is opgenomen in Take Six: Six Portuguese Women Writers. Edited by Margaret Jull Costa. Omslagillustratie door Paula Rego. Dedalus UK, 2018-2021-2022, 250 pagina’s. ISBN: 978 910213 69 8

De omslagillustratie van Take Six: Six Portuguese Women Writers is van beeldend kunstenares Paula Rego (Lissabon, 1935 – Londen, 2022). Ook zij verweefde haar eigen jonge jaren onder het repressieve regime van Salazar vaak in haar werk – in 1951 verhuisde ze naar Engeland.

Dit deed ze bijvoorbeeld in de vijfentwintig litho’s, die ze begin jaren 2000 maakte rond het verlangen van vrouwen om te ontsnappen aan een verstikkend milieu. In vergelijking met Maria Judite de Carvalho is haar toon wel een stuk grimmiger.

De reeks kreeg de titel Jane Eyre. Het was overigens via de omweg van Jean Rhys’ postkoloniale roman De wijde Sargassozee (een prequel bij Charlotte Brontë’s Jane Eyre) dat ze in de ban raakte van de figuur van Jane Eyre en haar victoriaanse achtergrond.

  • Jane Eyre is niet het enige project van Paula Rego met een verhalende inslag. Sprookjes, mythes, volksvertellingen vormen ook de bron waaruit bijvoorbeeld haar etsenreeksen Nursery Rhymes (kinderversjes uit de Angelsaksische orale traditie) en Peter Pan ontstaan zijn. Het is dan ook niet toevallig dat het aan haar gewijde museum in de Portugese badplaats Cascais de naam Casa das Histórias Paula Rego kreeg.
  • In Lege kasten pocht Dora’s vlam met zijn villa in Sintra en troont haar mee naar het dorpje, dat op een kilometer of vijfentwintig buiten Lissabon ligt. Het is omgeven door heuvels en bergen. De kastelen en de sprookjesachtige paleizen met exotische tuinen zijn sinds 1995 Unesco-werelderfgoed. Vanuit Lissabon ben je er met de trein in ruim een halfuur.