Geboekt – Trip naar Wuthering Heights en de hei in West Yorkshire: wild, desolaat en perfect

Het heidelandschap van West Yorkshire is ruig en onherbergzaam, maar dat deerde Emily Brontë en haar zussen Charlotte en Anne niet. In alle seizoenen hielden ze van hun weidse geboortestreek. Nu eens waait de wind er ijzig en komt de regen in geulen van de hooglanden geklaterd. Dan weer is het er drukkend warm en zwoel onder een appelgrauwe hemel die noch zon noch regen brengt. En op ronduit gouden augustusmiddagen buitelen schaduwen en zonneschijn er over het landschap heen, aldus Emily Brontë in De Woeste Hoogten. Net als zij brengt ook de Nederlandse Anjet Daanje de hei tastbaar naderbij in haar laatste roman, Het lied van ooievaar en dromedaris. En wat had de Amerikaanse Sylvia Plath precies met ‘the Yorkshire moors’?

Anjet Daanje, in de voetsporen van Emily Brontë

Het lied van ooievaar en dromedaris van Anjet Daanje (1965) is de verbluffendste roman die ik in 2022 las. Dit vuistdikke boek omspant ruim tweehonderd jaar en gaat voor mij in wezen over het verlangen naar een onverbrekelijke band met een zielsverwant – tot voorbij de dood.

Dit verlangen komt terug in elf op zichzelf staande verhalen, die tegelijk met elkaar verbonden zijn door de fictieve negentiende-eeuwse Britse schrijfster Eliza May Drayden. De bedeesde maar eigenzinnige Eliza is geïnspireerd op Emily Brontë. Allebei zijn ze dan ook verknocht aan het heidelandschap van West Yorkshire.

Eliza May Drayden en haar twee zussen, Millicent en Helen, zijn opgegroeid in de pastorie in het verzonnen dorp Bridge Fowling, dat boven de hei uittorent. Eliza en Millicent (respectievelijk naar Emily en Charlotte Brontë) hebben elk een beroemde roman geschreven. Vooral die van Eliza baarde veel opzien. Hij gaat over een vrouw die doelbewust het leven van haar hartsvriendin ruïneert. De vrouw doet dit uit wraak omdat ze zich aan de kant gezet voelt, wanneer haar vriendin het jawoord geeft aan een rijkeluiszoon – net als Heathcliff dus in Emily Brontë’s Wuthering Heights.

Godslasterlijk plan

© Foto van Rachel Penney op Unsplash

Op 12 december 1847 sterft Eliza aan een longaandoening, wellicht tuberculose. Ze is dan halfweg de dertig. Haar dood zadelt haar zus Millicent op met een dilemma. Moet ze Eliza laten bijzetten in het familiegraf onder de kerk? Of zal ze haar intuïtie volgen en voor een rustplaats zorgen op de hei? Want daar heeft Eliza van kindsbeen af de gelukkigste momenten van haar leven doorgebracht.

Millicent gaat de godslasterlijke toer op: ze kiest voor de hei en koopt twee doodgravers om. In het diepste geheim dragen de mannen Eliza in het holst van de nacht in een laken naar haar laatste rustplaats, op twee uur lopen van het dorp:

‘Aangekomen op de plek die miss Millicent hun had aangeduid, het hoogste punt van Brow Brown Hill, vlijden ze [Eliza] neer in het opgeschoten gras, en ze zeiden tot haar, we zijn er miss, kijk, dat is uw uitzicht voortaan. Gedrieën keken ze daarop naar de zilverblauwe, golvende heuvels en dalen, zo groots en nietig gestrekt onder de onmetelijk kolkende sterrenhemel, en John dacht dat miss Millicent misschien toch gelijk had, dat God hier naderbij was dan op het kerkhof.’

Brontë bedevaart

Het lied van ooievaar en dromedaris is geïnspireerd op het leven en werk van Emily Brontë (1818-1848). Zij werd weliswaar niet begraven op de hei, wel in St. Michael and All Angels Church in Haworth, waar haar vader als dominee voorging. Haworth is overigens de plek die model staat voor Bridge Fowling.

© Foto van Hannah Smith op Unsplash

In Haworth kan je op heuse Brontë-bedevaart. Het Brontë Parsonage Museum bevindt zich in de pastorie en is gewijd aan de zussen Emily, Charlotte en Anne Brontë, die daar opgroeiden. Voor wie de heidevelden in wil, zijn er vanuit Haworth verschillende wandelingen.

De meest populaire is ongetwijfeld de wandeling naar Top Withens. Iets voorbij de helft van de zes kilometer lange tocht kom je langs de Brontë Chair. Deze in de rotsen uitgesleten stoel met zicht op de waterval vlakbij was een vaste stek van de zussen Brontë. Ze schreven er vaak gedichten en maakten er tijd zoek door elkaar verhalen te vertellen.

Een volmaakte misantropenhemel

Top Withens wordt vaak genoemd als de woonst waarop Emily Brontë de hoeve Wuthering Heights geënt zou hebben. In haar roman zet ze die neer als de uit 1500 stammende herenboerderij van de familie Earnshaw. Het is de plek waar de fataal tot elkaar aangetrokken Catherine Earnshaw en de vondeling Heathcliff samen opgegroeid zijn.

Het weerbarstige landschap rond de hoeve straalt een en al verlatenheid uit. Of in de openingswoorden van de heer Lockwood, Heathcliffs huurder en een van de vertellers van De Woeste Hoogten:

‘Ik kom net terug van een bezoek aan mijn huisbaas – de enige in deze verlaten buurt die me zal storen. Dit is beslist een prachtige streek! Volgens mij had ik nergens anders in Engeland een plek kunnen vinden die zo volstrekt van het wereldse gewoel verstoken is. Een volmaakte misantropenhemel – en meneer Heathcliff en ik zijn geknipt om deze verlatenheid samen te delen.’

De Woeste Hoogten

© Top Withens door Fay Godwin (1977), voor haar boek Remains of Elmet
bron British Library

Van het huis Top Withens blijft er slechts een ruïne over. De details uit de roman moet je er dus bij denken: de smalle, diepliggende ramen, de met grotesk beeldhouwwerk verluchte voorgevel, de wirwar van brokkelige griffioenen en schaamteloze knaapjes boven de deur.

Eenmaal binnen sta je meteen in de woonkamer. De vloer is van gladde, witte steen. Een enorme schouw siert de kamer, net als een geweldige eiken pronkkast die tot aan de zoldering reikt. Daarin staan tinnen schotels en zilveren kroezen. Boven de schoorsteen hangen allerlei vervaarlijke vuurwapens en een koppel ruiterpistolen. Tussen de hoge, groengeschilderde stoelen van ruwe makelij en de zware, zwarte zetels in het schemerduister liggen er altijd wel een paar vervaarlijke honden op de loer.

Het ‘woeste’ van de locatie verwijst overigens niet naar de passie en de wraakzucht die Heathcliff in zich verenigt. Het is een toespeling op ‘het atmosferische geraas’ waaraan het huis door zijn ligging bij storm en regen blootgesteld is:

‘Je kunt de kracht van de noordenwind, die over de heuvelrand waait, afmeten aan de diepe kromming van een paar dwergachtige sparretjes achter het huis; en aan een rij haveloze doornstruiken die hun takken allemaal één kant op houden, alsof ze de zon om een aalmoes smeken.’

Gerommel op het kerkhof

Catherine Earnshaw trouwde met een telg van de welgestelde Lintons ondanks haar hartstochtelijke vriendschap met Heathcliff. Een lang leven is dit huwelijk niet beschoren, want ze sterft al op haar achttiende. Ze krijgt een graf op een groene helling in een hoek van het kerkhof. Over de lage muur, die door heidegras en bosbessen overwoekerd is, kijkt ze uit op de koele, schaduwrijke dalen en het geweldige ‘gedein en gegolf van lang gras in de wind’.

Zeventien jaar later sterft haar echtgenoot. Heathcliff is erbij, wanneer de doodgraver diens graf naast dat van haar delft. Hij draagt de man bovendien op om de aarde van Catherines kist scheppen. Daarop opent hij het deksel. Bij de aanblik van haar gezicht, dat nog altijd het hare is, gaat er even door zijn hoofd dat hij daar wil blijven. Die gedachte schudt hij van zich af, om vervolgens één zijkant van haar kist te demonteren en er los weer tegenaan te zetten. Tot slot stopt hij de doodgraver geld toe, om die losse zijkant weg te trekken op de dag dat zijn eigen tijd gekomen is en hij, Heathcliff, daar zelf aan de zijde van Catherine ter aarde besteld zal worden, in een kist die eveneens aan één kant open is.

Een jaar later werd Heathcliff effectief daar op die plek volgens zijn wensen begraven, al werd er schande van gesproken. Als je er de mensen uit de buurt nadien naar vroeg, zwoeren sommigen op hun bijbel dat Heathcliff er bleef ronddolen. En van tijd tot tijd, voornamelijk als het regende of er onweer op komst was, werden er twee schimmen gezien.

De geest van dit hele gebeuren waart nu ook verder rond in Anjet Daanjes Het lied van ooievaar en dromedaris.

‘Een beest dat stampt, brult, schudt en stoot’

Het weidse heidelandschap bij West Yorkshire was ten tijde van de zussen Brontë/Drayden meer dan ruige idylle alleen. Katoenspinnerijen en stoomweverijen schoten er in de negentiende eeuw immers als paddenstoelen uit de grond en getuigden van een wereld in verandering. Niet voor niets krijgt die bloeiende textielindustrie in en rond Haworth ook een plek in Anjet Daanjes roman.

Vanwege de textielindustrie werd de Keighley and Worth Valley Railway aangelegd. Haworth is het grootste stationnetje op deze acht kilometer lange lijn, waarlangs tot op vandaag een stoomtrein tuft

Zo bijvoorbeeld in het derde verhaal in Het lied van ooievaar en dromedaris, dat gewijd is aan Kathleen Chambers. Haar vader runt de wolweverij Chambers Mill. Haar moeder verdiept zich als biografe in het leven en werk van de schrijfster Eliza May Drayden. Wanneer zij een mysterieus zwart aantekenboekje in handen krijgt, glijdt zij, en met haar de rest van de familie, richting ondergang.

Kathleens moeder schrijft het boekje namelijk toe aan de door haar haast aanbeden Eliza. Zo goed als alle andere Eliza May Drayden-kenners zijn er evenwel van overtuigd dat het om een vervalsing gaat. En dan ook nog eens een heel klungelige. Het geheimzinnige kleinood begint daardoor misprijzend over de tongen te gaan als het “Chambersboekje”.

Het bedrog, waarmee het Chambersboekje geassocieerd wordt, straalt algauw negatief af op de hele familie. Kathleens moeder bezwijkt als eerste onder de lastercampagne (officieel sterft ze weliswaar aan griep). Wanneer ook haar vader het loodje legt, blijkt dat zijn wolweverij door de kwalijke geur rond de naam Chambers in slechte financiële papieren is komen te zitten. Uit geldgebrek gaat Kathleen op termijn aan de slag in de weefhal. Niet alleen vanwege die vernedering vindt ze het er de hel op aarde:

Een automatisch weefgetouw is een beest, het stampt, brult, schudt, stoot en eist dat het voortdurend met nieuw garen wordt gevoerd. Uur na uur staat Kathleen aan zijn zijde, buigt zich over hem heen, reikt ze naar zijn schietspoelen om er alweer een te openen, te vullen en de draad door het oog te zuigen, waarbij ze telkens opnieuw machineolie binnenkrijgt.

Terug naar de tragiromantiek van the moors met Sylvia Plath

Ook de in Boston geboren auteur en dichter Sylvia Plath (1932, Boston -1963, Londen) viel na haar huwelijk met Ted Hughes voor de hei. Hij was afkomstig van Heptonstall, ongeveer dertien kilometer ten zuiden van Haworth. Pas na hun wittebroodsweken nam hij Sylvia er voor het eerst mee naartoe, om haar voor te stellen aan zijn ouders. Ze was meteen verkocht.

Sylvia Plath ervoer het barre, rotsige landschap als vreemd, maar wel romantisch. Na een wandeling naar Top Withens ging ze helemaal overstag voor het decor van Emily Brontë’s noodlottige liefdesgeschiedenis tussen Catherine en Heathcliff. ‘Wild, eenzaam en perfect,’ zo omschreef ze de streek in brieven naar het thuisfront in Amerika.

Ze noemde de hei haar favoriete landschap na de oceaan. Maar gaandeweg begon ze het compromisloze ervan ook te associëren met verstikking en eenzaamheid. Die omslag hing samen met de gelijkenis die ze zag tussen haar eigen uitrafelende huwelijksgeluk en de fatale spiraal van wraak en weerwraak die de donkere helden van Wuthering Heights trof.

Bron: https://www.bronte-country.com/sylvia-plath-grave.html

In 1963, kort nadat Ted Hughes haar verliet voor een ander, pleegde ze zelfmoord. Al had hij met haar gebroken, hij besliste om haar in zíjn thuisbasis Heptonstall te begraven. Haar grafsteen geeft tot op vandaag aanleiding tot controverse. In de ogen van heel wat van haar fans staat het immers als een paal boven water dat hij een aandeel heeft in haar dood. Dat hij zijn naam aan de hare verbonden heeft op de grafsteen, vinden ze onvergeeflijk.

Meer lezen?

  • Anjet Daanje: Het lied van ooievaar en dromedaris. Uitgeverij Passage, Groningen, 2022, 653 pagina’s. ISBN: 978 90 5452 410 6
  • Mijn recensie van Het lied van ooievaar en dromedaris op Mappalibri.
  • Emily Brontë: De Woeste Hoogten. Uitgeverij L.J Veen, Amsterdam|Antwerpen, 1989, 359 pagina’s. ISBN: 90 254 0336 0
  • Nog over de lijn Keighley and Worth Valley Railway: in de zomer van 1847 verstuurde Charlotte Brontë haar al meerdere keren voor publicatie geweigerde manuscript van Jane Eyre met een trein vanuit het station van Haworth naar Londen. Met succes deze keer.
  • Ook Jane Eyre is een inspiratiebron gebleken voor een andere roman: in 1966 verscheen van de Dominicaans-Britse schrijfster Jean Rhys The Wide Sargasso Sea (De wijde Sargassozee), een best gewaagde prequel bij Charlotte Brontë’s roman.