Moemins zijn witte wezentjes met puntoren en een ronde snuit. Ze houden een winterslaap, maar in de overige seizoenen beleven ze grote en kleine avonturen. In 1945 liet de Finse Tove Jansson (Helsinki, 1914-2001) hen op de wereld los met het boek De Moemins en de grote overstroming. Dit jaar mogen ze tachtig kaarsjes uitblazen. Dat ze nog springlevend zijn, blijkt uit het feestje dat het label Moomin organiseert. Het gaat daarvoor onder meer in zee met het – eveneens jarige – Finse meubelmerk Artek.
Moemins zijn geen nijlpaarden!
De Moemins van Tove Jansson zijn witte, aaibare figuurtjes met een staart, afgeronde puntoren en een dito snuit. Volgens sommigen hebben ze iets nijlpaardachtigs. Maar opgelet, zelf vond de schrijfster-illustratrice die vergelijking ronduit tactloos. En daar is iets voor te zeggen, want de filosofisch ingestelde Moemins zijn net als mensen. Ze lopen op twee benen en hebben dezelfde mensenwensen en dezelfde mensenstreken.
Tove Jansson putte inspiratie uit haar eigen leven, angsten en verlangens bij het bedenken van hun avonturen. Onder de Moemins en hun vrienden vind je dromers, kniesoren, optimisten, eenzaten, doorzetters, angsthazen, … Op een speelse en voor kinderen herkenbare manier laat de schrijfster zien hoe ze allemaal met hun sterke en zwakke kanten hun weg zoeken in het leven.
In 1966 kreeg de van huis uit Zweedstalige Finse schrijfster de prestigieuze Hans Christian Andersenprijs voor haar lees- en prentenboeken over de Moemins. Het is een kinderboekenprijs, maar zeker op eigen bodem zijn de iconische Moemins over de generaties heen geliefd.

Na regen komt zonneschijn
In het eerste boek, De Moemins en de grote overstroming (1945), gaat Moem met zijn moeder op zoek naar de al enige tijd verdwenen Papamoem. Ze trekken daarbij door bossen en bergen en trotseren een grote zondvloed. Onderweg schieten ze andere noodlijdende dieren en wezens te hulp. Maar zie: na alle rampspoed wordt de natuur om hen heen opnieuw doorwaadbaar en komt alles weer tot leven. De vreugde van Moem en zijn moeder is helemaal compleet wanneer ze in een weelderige vallei Papamoem terugvinden. Op de koop toe blijkt hij er een uitnodigend huis gebouwd te hebben in afwachting van de hereniging met zijn gezin.
Tove Jansson schreef haar eerste Moemin-verhaal tijdens de zogeheten Winteroorlog. Die werd in 1939-1940 uitgevochten tussen Finland en de toenmalige Sovjet-Unie. Die achtergrond verklaart waarom donkere thema’s zoals mensen op de vlucht en dakloosheid er prominent in aanwezig zijn. Slechts met de jaren zal die duisternis plaatsmaken voor luchtigere thema’s.
De deur staat altijd open

Tove Jansson had een paar stokpaardjes die in haar Moemin-verhalen terug te vinden zijn. Zo vond ze het een plicht voor ons mensen om respectvol om te gaan met de natuur om ons heen. Aan gastvrijheid en een warme, geborgen thuis hechtte ze veel waarde, maar tegelijk lag het evenwicht tussen afzondering en verbinding haar nauw aan het hart.
Het motto ‘The door is always open’, waarmee het label Moomin de tachtigste verjaardag van de Moemins viert, komt dan ook niet uit de lucht vallen. Moomin heeft voor de festiviteiten de handen in elkaar geslagen met verschillende partners, gaande van het Rode Kruis tot het Finse meubelmerk Artek.
Gezien het “rampenboek” De Moemins en de grote overstroming ligt de link met het Rode Kruis voor de hand. Het idee achter de samenwerking met Artek is ‘De onverwachte gast’.
De onverwachte gast
Artek (van Art & Teknologia) is net als Tove Jansson een begrip in Finland. Het bedrijf werd in 1935 opgericht in Helsinki door vier jonge idealisten. Onder hen het echtpaar Alvar and Aino Aalto, die tot op vandaag een belangrijk uithangbord zijn van het merk. Artek staat al negentig jaar lang – ook goed voor een feestje – voor innovatieve meubelen, lampen en accessoires. Steevast zijn die ontworpen op het kruispunt van design, kunst en architectuur. De sleutelwoorden zijn helderheid, functionaliteit en poëtische eenvoud.

Vanuit de gedeelde affiniteit met alles waar de Moemins voor staan, leverde Artek graag een bijdrage aan hun verjaardagsfeest. In de Moemins’ openhuispolitiek vond het een ideale insteek voor een beperkte editie van zijn iconische Stool 60 en van de cocktailkast Cabinet 250. (die laatste is héél beperkt: er zijn er maar negentig van gemaakt)
Als je de kast opent, vind je binnenin enkele Moemin-figuren afgebeeld. Een paar onvoorziene bezoekers, zeg maar. Stool 60 is dan weer een ideaal krukje om bij aan tafel te plaatsen als er een onverwachte gast binnenspringt.
In beide meubelstukken zijn de Moemin-droedels van Tove Janssons hand met laser in het hout gegraveerd.
Artek 90 + Moomin 80
Alvar Aalto’s Stool 60, een ontwerp uit 1933, mag op het eerste gezicht de eenvoud zelve lijken, het is een klassieker binnen hedendaags design. De reden? Vanwege de ingenieuze oplossing die Aalto bedacht om de berkenhouten poten te buigen.
Hout is overigens het hoofdbestanddeel van het meeste Artek-meubilair. Het is afkomstig van Finse berken die vijftig tot tachtig jaar oud zijn. De bomen hebben dus al minstens een halve eeuw co₂ uit de lucht gehaald en opgeslagen. Daarbovenop zijn Artek-meubelen geen wegwerpproducten, maar stukken die bedoeld zijn om minstens nog eens een mensenleven lang mee te gaan.

De focus op duurzaam en doordacht bosbeheer verklaart ook mee waarom Moomin met Artek in zee gegaan is. De filosofie van Artek past immers helemaal binnen de mindset van de Moemins, die er eveneens over waken om verantwoord om te gaan met hun natuurlijke omgeving.
Droedelen op toilet
Als wezen ontstond de eerste Moemin al ergens in de jaren dertig. Tove Jansson en haar oudste broer waren toen in het zomerhuis van de familie een keer verwikkeld geraakt in een filosofische discussie over vrijheid. Om haar argumenten op een rijtje te zetten trok zij zich terug op het toilet en droedelde daarbij een Moemin op de muur.
De naam Moemin had ze van haar Zweedse oom Einar, zo heeft ze meermaals verteld. Einar had er haar als kind namelijk op zekere nacht op betrapt dat ze iets uit de voorraadkast gestolen had. Daarop maakte hij haar wijs dat ze tijdens zulke nachtelijke strooptochten moest oppassen voor ‘Moemintrollen’. Die woonden volgens hem in het donker achter de tegelkachels en kwamen tevoorschijn, als ze een meisje zagen dat op de loop was met buitgemaakte jam of leverpastei, om maar wat te noemen. Ze zouden haar grijpen en driftig met hun ijzig koude neuzen tegen haar benen wrijven tot ze helemaal bevroor. ’s Ochtends zou ze dan onderkoeld gevonden worden en daaraan zou iedereen in huis weten wat ze mispeuterd had.

Nog voor ze Moemin-verhalen schreef, tekende Tove Jansson aan het begin van de jaren veertig een voorloper van het witte wezentje in het Finse satirische magazine Garm. Het blad, waarvoor haar moeder vanaf het eerste nummer al werkte, richtte zijn pijlen vaak op totalitaire ideologieën, vooral het communisme en alle vormen van fascisme.
Tove Jansson was amper vijftien, toen ze haar allereerste cartoon in het magazine gepubliceerd zag. Haar “Snork”, zo noemde ze de Moemin-voorloper, dook eerst op rond haar handtekening. In de loop van de vijftien jaar waarin ze voor het blad actief was, kreeg hij gaandeweg een echte rol toebedeeld in de cartoons, die haar tot een hoog aangeschreven stem in de politiek geïnspireerde kunst maakten.
Leven na de Moemins
Toen de Moemin-boeken in de jaren vijftig ook in het Engels verschenen, begonnen de witte wezens gestaag aan een wereldwijde opmars. Met de jaren ging dit gepaard met allerhande nevenactiviteiten, die almaar meer beslag op Tove Janssons tijd legden: Moemin-prentenboeken, Moemin-krantenstrips, Moemin-vertalingen, Moemin-gadgets, Moemin-theateropvoeringen. Deze regelrechte Moemin-koorts ervoer Tove Jansson mettertijd als verstikkend.
Eerst droeg ze daarom aan het einde van de jaren vijftig de krantenstrips over aan haar jongste broer. En na 1970 bedacht ze ook zelf geen nieuwe Moemin-boeken meer. De Moemins stonden tegen dan echter stevig op eigen benen en bleven de wereld veroveren.
Meer lezen?
- Na 1970 verlegde Tove Jansson haar aandacht naar schilderen en het schrijven van zowel kortverhalen als romans. Ontdek er meer over in de Boekanza-post ‘De Finse Tove Jansson: nog veel meer dan alleen maar Moemin-mama’.
- De Belgische kinderboekenuitgever Clavis bracht verschillende Moemin-boeken uit in het Nederlands. Momenteel zijn ze niet in druk, maar veel bibliotheken hebben ze in collectie.
- Als je meer wil weten over de Moemins dan is de Moomin-website een ware schatkamer.
- De Moomin 80-verjaardagsedities van Artek Stool 60 en Cabinet 250 zijn via geselecteerde Artek-verkooppunten tijdelijk verkrijgbaar vanaf 20 maart 2025.