In de kijker – Uit & gelezen in 2023

Het eerste volledige jaar Boekanza zit er bijna op. Welke elf in 2023 (her)uitgegeven romans, verhalenbundels en memoirs zijn me het meest bijgebleven? Hieronder vind je ze in een willekeurige volgorde. De auteurs zijn elf vrouwen en één man. Over sommigen schreef ik eerder al, anderen maken hier voor het eerst hun opwachting.

Voornamelijk vrouwen van Connie Palmen: hall of female fame

Van Connie Palmen kwam dit najaar Voornamelijk vrouwen uit: een verzameling persoonlijke essays over elf vrouwen (in hoofdzaak schrijfsters) en één man (Philip Roth). Ook die laatste mocht aanschuiven vanwege de onnavolgbaarheid van zijn denken, net als de door Connie Palmen gelauwerde vrouwen. Connie Palmen onderzoekt in deze essaybundel voornamelijk vrouwelijke scheppende kracht en de eigenschappen die elk van haar gunstelingen nodig had om schrijver te worden en het daarmee samenhangende publieke bestaan te leiden.

Kwaad geluk van Tove Ditlevsen: geen zuchtje huiselijke vertroosting

De Deense schrijfster Tove Ditlevsen (1917 – 1976) is in haar thuisland bij jong en oud bekend. Ze debuteerde in 1939 als dichter. Naast ettelijke poëziebundels schreef ze ook kortverhalen, jeugdboeken, romans, essays en memoires. Bij ons kwam ze in 2020 op de radar met haar ontwapenende, autobiografische Kopenhagen-trilogie. Ze vond het leven niet bepaald een feest, zo blijkt uit dit drieluik. Dit neemt niet weg dat er best veel luchthartigheid in schuilt.

De kortverhalen in Kwaad geluk zijn beklemmender. Ze baden in de sfeer van de jaren 50/60 en zoomen hoofdzakelijk in op illusieloze huwelijken. Scheidingen brengen nauwelijks soelaas. Er lijkt simpelweg geen ontsnappen aan datgene wat deze mannen, maar nog vaker de zichzelf wegcijferende vrouwen, gevangenhoudt. Tove Ditlevsen trekt je via prikkelende beginzinnen mee in hun lotgevallen, ontvouwt vervolgens het drama en schudt onderweg geregeld een raak beeld uit haar mouw.

Poel van Claire-Louise Bennett: rusteloosheid troef

Claire-Louise Bennett is opgegroeid in het Engelse Wiltshire, maar woont al ruim twintig jaar in Galway, in het westen van Ierland. In 2015 debuteerde ze met het pas dit jaar in het Nederlands vertaalde Poel.

Het boek houdt het midden tussen een roman en een bundel met onderling verbonden verhalen of soms slechts impressies. Een rusteloze jonge vrouw geeft daarin uitdrukking aan wat er allemaal in haar omgaat bij het reilen en zeilen rond haar cottage aan de Ierse westkust. Door haar solitaire leven ontwikkelt ze een bijna spirituele connectie met alles wat haar onder- en bovengronds omringt. Soms lijken zelfs banaliteiten haar boven het hoofd te groeien en ziet ze door de bomen het bos niet meer. Of is ze misschien toch de waanzin nabij?

Geloven in het wild van Nastassja Martin: half beer, half mens

In het leven van de Franse antropologe en schrijfster Nastassja Martin (1986) is er een voor en een na 25 augustus 2015. Op die dag kwam ze namelijk in het Russische Verre Oosten in aanvaring met een beer. Dit gebeurde tijdens een tocht naar de hoogste vulkaan van het schiereiland Kamtsjatka, in het noordoosten van Siberië. Urenlang wachtte ze daarna op een reddingshelikopter van het Russische leger. Haar gezicht was verscheurd en toch dacht ze dan al over het voorval in termen van een ‘geboorte, want van dood is duidelijk geen sprake’.

Aan het woord is een beheerste wetenschapper, die het bovennatuurlijke niet zomaar ontkent. Die dualiteit maakt van Geloven in het wild een indrukwekkend en bezield verhaal over wat het betekent mens en/of dier te zijn.

Het tuinfeest en andere verhalen van Katherine Mansfield: impressionistische taferelen

De Nieuw-Zeelandse Katherine Mansfield (Wellington, 1888 – Fontainebleau, 1923) schrijft over hunkering naar liefde, over onbegrip tussen echtgenoten, verlatenheid en dood. Toch waait er een frisse wind door haar verhalen. Het liefst valt ze met de deur in huis. Met levendige borstelstreken schildert ze vervolgens bijna impressionistische taferelen vol kleur en klank. Haar focus ligt op de breekbare gevoelswereld van haar personages. Je voelt daardoor onverkort de vlucht die hun gedachten maken, maar evengoed hun intonatie, hun aarzeling en hun gemoedsgesteldheid.

Hitte van Victor Jestin: tienerjongen in een hellevuur

In Hitte, de debuutroman van Victor Jestin (Nantes, 1994), volg je anderhalve dag lang wat er omgaat in het kolkende hoofd van de zeventienjarige Léonard, Léo voor de vrienden. Hij is een nogal schuchtere jongen met een voorkeur voor grijze dagen. Hij keek dan ook uit naar het einde van de zonovergoten gezinsvakantie op een bloedhete camping in het Zuid-Franse Les Landes. De laatste uren belandt hij evenwel in een regelrechte hel door het overlijden van een andere jongen.

‘Oscar is dood omdat ik toekeek toen hij doodging, zonder een vinger uit te steken’, zo begint Hitte. Het idee dat hij Oscar vermoord heeft, vloeit als een inktvlek uit in Léo’s hoofd. Hij raakt helemaal verstrikt in een delirium van dood, pulserend verlangen, ingehouden liefkozingen en allerlei ongezegdheden. Bovendien geeft Victor Jestin in zijn compacte, broeierige roman pakkend weer hoe een campingverblijf van twee weken voor een zoekende tiener wel een heel leven lijkt.

Drie van Ann Quin: altijd weer de zee

Ann Quin (1936 – 1973) liep op haar zevenendertigste in haar geboortestad Brighton, ter hoogte van Palace Pier, de zee in. De dag erna werd haar levenloze lichaam een tiental kilometer verderop gevonden. Algemeen wordt aangenomen dat ze zelfmoord pleegde. Ze liet vier romans na: Berg (1964), Three (1966), Passages (1969) en Tripticks (1972).

In haar roman Drie komt S op een gelijkaardige manier aan haar eind, nadat ze een halfjaar inwoonde bij Ruth en Leonard. Hij is vertaler en een gedreven orchideeënkweker. Zij lummelt maar wat rond, drinkt thee, verbijt hoofdpijn en ontfermt zich over de kat Bobo. Ze verblijven afwisselend in hun flat in de stad en in een buitenverblijf aan zee. Onder de oppervlakte van deze modernistische roman kabbelt een intense geërotiseerde lading. En op de achtergrond is er bijna altijd de zee, met de vissers die achter de golfbreker hun boten het water op duwen en de golven die bij volle maan als sneeuw breken op de rotsen.

Lege kasten van Maria Judite de Carvalho: scherp en omfloerst tegelijk

Maria Judite de Carvalho (Lissabon, 1921 – 1998) schreef stillevens van vrouwen, waaronder Lege kasten. Deze roman uit 1966 gaat over Dora, een weduwe van weinig woorden. Aan het eind van het feest voor haar dochters zeventiende verjaardag staat haar leven onverwacht op zijn kop. De stokebrand is haar schoonmoeder. Uit haar welgemikte staaltje van kwaadaardige waarheidsliefde (of is haar mededeling toch een verzinsel?) kan Dora niet anders dan concluderen dat ze de afgelopen tien jaar van haar leven in een leugen geleefd heeft.

Het kunstzijden meisje van Imgard Keun: even temperamentvol als de schrijfster zelf

Irmgard Keun (Keulen, 1905 – 1982 ) raasde aan het begin van de jaren dertig als een wervelwind door de Duitse letteren. Haar opmars werd evenwel gestuit, toen haar boeken na de machtsovername door Hitler in 1933 op de zwarte lijst kwamen te staan. Een van haar geviseerde werken was het sprankelende Het kunstzijden meisje. Daarin wil de achttienjarige Doris ‘een glans’ worden.

De roman neemt de vorm aan van haar “memoir” – dagboeknotities vindt ze te kinds voor iemand als zij, die ‘wil schrijven als film, want zo is mijn leven’. Haar stijl? Springerig, met kromme zinnen en treffende beelden die vaak ook ongemeen grappig zijn. Na een eerste poging om het in de theaterwereld te maken, staat ze plots met lege handen en een gestolen bontmantel op straat. Daarop trekt ze van het provincienest waar ze vandaan komt naar het bruisende Berlijn. Het ontbreekt haar aan ‘beschaving’, zoals ze het zelf zegt, maar geenszins aan lef en ambitie. Ze vindt dan ook telkens weer manieren om het in de grootstad een tijdje uit te zingen.

Vlucht over de Pyreneeën van Lisa Fittko: ongeziene moed en onbaatzuchtigheid

In Vlucht over de Pyreneeën brengt de van afkomst Joodse Lisa Fittko (Oezjhorod, in het huidige Oekraïne, 1909 – Chicago, 2005) de ontstellende gebeurtenissen in herinnering die haar leven bepaalden in de jaren 1940/1941 in Frankrijk, waar de nazi’s almaar steviger voet aan de grond kregen. Haar memoir verscheen in 1985, veertig jaar na de feiten, en is nu vertaald. De ondertitel ‘Mijn tocht met Walter Benjamin’ verwijst naar de onderneming die als haar gloriemoment beschouwd wordt. Vlucht over de Pyreneeën gaat echter over veel meer.

De minnaar van Marguerite Duras: niets of niemand ontziend

Vijftieneneenhalf was Marguerite Duras (1914 – 1996) toen ze in 1930 met de veerboot de Mekong overstak van Sa Dec naar Saigon. Vanaf de eerste blik die ze daar en toen uitwisselde met de twaalf jaar oudere, elegante man uit Noord-China, wist ze dat hij aan haar overgeleverd was. Hetzelfde gold voor haarzelf eens ze door hem ingewijd was in de liefde.

In korte fragmenten springt Marguerite Duras heen en weer tussen haar passionele verhouding in Indochina en herinneringen aan latere gebeurtenissen in Frankrijk. Ze cirkelt daarbij rond lust en de schaamte eromheen, rond macht, pijn en (nakend) verlies. Komen ook aan bod: de koloniale samenleving in het vooroorlogse Vietnam, een setting die ze zowel exotisch als benauwend vond; de wortels van haar schrijverschap; de complexe relatie met haar twee broers en haar moeder alsook hun heengaan, waardoor ze zelf als enige overlevende van het gezin de kern van de dingen kon raken.

Meer lezen?

Connie Palmen, Voornamelijk vrouwen. Prometheus, Amsterdam, 2023, pag. 179. ISBN 978 90 446 5397 7 * mijn recensie voor Mappalibri

Tove Ditlevsen: Kwaad geluk. Vertaald door Lammie Post-Oostenbrink. Das Mag Uitgevers, Amsterdam, 2023. 139 pag. ISBN: 978 94 93248502 – mijn recensie voor Mappalibri

Claire-Louise Bennett: Poel. Vertaald door Martine Vosmaer en Karina van Santen. Koppernik, 2023, pag. 168. ISBN 978 90 832 7439 3 * mijn recensie voor Mappalibri

Nastassja Martin: Geloven in het wild. Vertaald door Peter Bergsma. Koppernik, Amsterdam, 2023, pag. 152. ISBN 978 90 832 3709 1 * mijn recensie voor Mappalibri

Katherine Mansfield: Het tuinfeest en andere verhalen. Vertaald door Jo Fiedeldij-Dop; nawoord van Sanneke van Hassel, Orlando, Amsterdam, 2023, pag. 236. ISBN 978 90 832551 3 2 * mijn recensie voor Mappalibri

Victor Jestin: Hitte. Vertaald door door Josephine Rijnaarts. Koppernik, Amsterdam, 2023, pag. 128. ISBN 978 90 832 9555 8 * mijn recensie voor Mappalibri

Ann Quin: Drie. Vertaald door Barbara de Lange. Uitgeverij Oevers, Zaandam, 2023, pag. 215. ISBN 978 94 93 290501 * mijn recensie voor Mappalibri

Maria Judite de Carvalho: Lege kasten. Vertaald door Kitty Pouwels. De Bezige Bij, Amsterdam, 2023, pag. 141. ISBN:978 94 031 8131 8

Irmgard Keun: Het kunstzijden meisje. Vertaald door Dineke Bijlsma. Cossee, Amsterdam, 2023, pag. 192. ISBN 978 94 645 209 03

Lisa Fittko: Vlucht over de Pyreneeën; ‘Mijn tocht met Walter Benjamin’. Vertaald door Michel Bolwerk. Cossee, 2023, pag. 285. ISBN 978 94 6452 074 3 * mijn recensie voor Mappalibri

Marguerite Duras: De minnaar. Vertaald door Kiki Coumans; voorwoord van Connie Palmen. De Geus, Amsterdam, 2023, pag. 95. ISBN 978 90 44 548792 * mijn recensie voor Mappalibri

Gepubliceerd op
Gecategoriseerd als Boeken